Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Sin·ga·po·re·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Singaporese (Singaporesen)
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Singaporesev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Singapore, of een vrouw afkomstig uit Singapore
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Singaporese

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Singaporees

Meer informatie

Gangbaarheid