Silber

  1. (element)(scheikunde) zilver; scheikundig element met atoomnummer 47. Het is een zilverkleurig overgangsmetaal


  • Sil·ber
  • erfwoord Afgeleid van het Middelhoogduitse silber, uit Oudhoogduits silbar, uit Germaans *silubara-, verwant aan Nederlands zilver, Engels silver. [1]

Silber o

  1. (element)(scheikunde) zilver; scheikundig element met atoomnummer 47. Het is een zilverkleurig overgangsmetaal
  1.   Weblink bron Silber in:
    Wolfgang Pfeifer et al.
    Etymologisches Wörterbuch des Deutschen (1993), digitalisierte und von Wolfgang Pfeifer überarbeitete Version im Digitalen Wörterbuch der deutschen Sprache op dwds.de  


Silber

  1. (element)(scheikunde) zilver; scheikundig element met atoomnummer 47. Het is een zilverkleurig overgangsmetaal