Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ni·ca·ra·gu·aan
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud meervoud
naamwoord Nicaraguaan Nicaraguanen
verkleinwoord

de Nicaraguaanm

  1. (demoniem) iemand die in Nicaragua woont of geboren is
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid