Belgradoër
- Geluid: Belgradoër (hulp, bestand)
- Bel·gra·do·er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Belgradoër | Belgradoërs |
verkleinwoord |
de Belgradoër m
- (demoniem) een inwoner van Belgrado, of iemand afkomstig uit Belgrado
Demoniemen bij Belgrado in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Belgradoër • inwoonster: Belgradose • bijvoeglijk: Belgradoos |
- Het woord 'Belgradoër' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.