Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ab·sur·dië
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Absurdië
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

Absurdië

  1. (pejoratief) bijnaam voor een land met zeer vreemde regels en wetten; naam die gebruikt wordt om kritiek te leveren op de overheidsbureaucratie
Synoniemen

Gangbaarheid