89-jarige
- 89-·ja·ri·ge
89-jarige
- verbogen vorm van de stellende trap van 89-jarig
- De vulkaan werd weer actief na een 89-jarige periode zonder uitbarstingen.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | 89-jarige | 89-jarigen |
verkleinwoord |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
- persoon die 89 jaar oud is of iets dat 89 jaar bestaat
- De 89-jarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen.
- Het woord 89-jarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.