130-jarige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: 130-jarige (hulp, bestand)
- IPA: / ˌhɔndərˈdɛrtəxˌjarəɣə / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- 130-ja·rige
Woordherkomst en -opbouw
Bijvoeglijk naamwoord
130-jarige
- verbogen vorm van de stellende trap van 130-jarig
- De vulkaan werd weer actief na een 130-jarige periode zonder uitbarstingen.
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | 130-jarige | 130-jarigen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- levend wezen dat 130 jaar oud is of iets dat 130 jaar bestaat
- De 130-jarige is voor een schildpad nog heel actief.
Schrijfwijzen
Gangbaarheid
- Het woord '130-jarige' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.