-í
- Ontleend aan het Arabische achtervoegsel ـي (-iyy; "behorend bij"), de zogenaamde nisba. Het achtervoegsel is in Spanje doorgedrongen tijdens de Arabische overheersing (711-1492) en wordt daar veel meer gebruikt dan in het Nederlands, waar -i pas zeer recentelijk binnengekomen is.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | -í | -íes |
vrouwelijk | -í | -íes |
-í
- vormt inwonersnamen van plaatsnamen, voornamelijk diegene uit de Arabische wereld.
- «Marruecos → marroquí»
- Marokko → Marokkaan
- «Iraq → iraquí»
- Irak → Irakees, Iraki
- «Marruecos → marroquí»
- vormt bijvoeglijke naamwoorden bij deze plaatsnamen.
- «Marruecos → marroquí»
- Marokko → Marokkaans
- «Iraq → iraquí»
- Irak → Iraaks
- «Marruecos → marroquí»
- In het Spaans worden alle demoniemen met een kleine letter geschreven, of het nu bijvoeglijke of zelfstandige naamwoorden zijn. Dit in tegenstelling tot wat in het Frans of Italiaans gebeurt.
- IPA: /iː/
-í
- nominatief bezield mannelijk meervoud van -ý
- vocatief bezield mannelijk meervoud van -ý