来る
- onovergankelijk komen
- «バスが来ましたよ。»
- Hier komt de bus.
- «明日客が二人来る。»
- Morgen komen er twee gasten.
- «ここはいつか来たことがある。»
- Ik ben hier eerder al geweest ('gekomen').
- onovergankelijk krijgen, ontvangen
- «手紙が来ているよ。»
- Er is een brief voor je. (Letterlijk: een brief is voor je aangekomen.)
- «小包がまだ来ない。»
- Mijn pakje is er nog niet. (Letterlijk: Het pakje is nog niet aangekomen.)
- onovergankelijk beginnen te
- «雨が降ってきた。»
- Het begon te regenen.
- «このごろ太ってきた。»
- Ik begin dik te worden. (Letterlijk: Onlangs ben ik begonnen dikker te worden.)
Kanji
| Kana |
Romaji
|
来る
| くる |
kuru
|
- 行く gaan
- 送る sturen
- 終わる eindigen
- 繰る spoelen (van draad)
- 佝僂 rachitis, Engelse ziekte