• çiğ·ne·mek

çiğnemek

  1. kauwen
  2. vertrappen (onder de voeten pletten)
  3. overrijden (met de wielen van een voertuig over iets of iemand heen rijden)
  4. vertrappen, overtreden, schenden (bijv. van regels)
  5. vertrappen, onderdrukken