zwicht
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zwicht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwicht | zwichten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zwicht m (?)
- (molenaarsambacht) stand waarin een zeil opgerold wordt bij het zwichten
- Het zeil werd opgerold tot de eerste zwicht.
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zwichten |
zwicht
Gangbaarheid
- Het woord zwicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.