zonderden uit
- Geluid: zonderden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzɔndərdə(n) ˈœyt / (4 lettergrepen)
- zon·der·den uit
vervoeging van |
---|
uitzonderen |
zonderden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitzonderen
- Wij zonderden uit.
- Jullie zonderden uit.
- Zij zonderden uit.
- Wij zonderden uit.
- Het woord zonderden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.