Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·de-eeuws
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zesde-eeuws
verbogen zesde-eeuwse
partitief zesde-eeuws

Bijvoeglijk naamwoord

zesde-eeuws

  1. betrekking hebbend op de zesde eeuw, gewoonlijk ná, maar ook vóór Christus
    • Gregorius van Tours is een bekende zesde-eeuwse bisschop-historicus. 

Gangbaarheid