zelfvoorzienendheid
- zelf·voor·zie·nend·heid
- Afleiding van zelfvoorzienend met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zelfvoorzienendheid | |
verkleinwoord |
de zelfvoorzienendheid v
- het kunnen voorzien in de eigen behoeften
- Het woord zelfvoorzienendheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Iran onthult 'grootste drone' ooit” (18-11-2013), Tubantia
- ↑ Weblink bron “’Trots dat we zelfvoorzienend zijn’” (02 okt. 2019), De Telegraaf