Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zeef·den door
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
doorzeven

zeefden door

  1. meervoud verleden tijd van doorzeven
    • Wij zeefden door. 
    • Jullie zeefden door. 
    • Zij zeefden door. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid