zagen terug
- Geluid: zagen terug (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzaɣə(n) t(ə)ˈrʏx / (4 lettergrepen)
- za·gen te·rug
vervoeging van |
---|
terugzien |
zagen (…) terug
- meervoud verleden tijd van terugzien
- Wij zagen terug.
- Jullie zagen terug.
- Zij zagen terug.
- Wij zagen terug.
- Het woord zagen terug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.