wonnen terug
- won·nen te·rug
vervoeging van |
---|
terugwinnen |
wonnen terug
- meervoud verleden tijd van terugwinnen
- Wij wonnen terug.
- Jullie wonnen terug.
- Zij wonnen terug.
- Wij wonnen terug.
- Het woord wonnen terug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.