woningbezetting
- wo·ning·be·zet·ting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woningbezetting | woningbezettingen |
verkleinwoord |
de woningbezetting v
- indicator van het aantal personen (gemiddeld) per woning
- De gemiddelde woningbezetting is in de afgelopen jaren afgenomen.