Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wit·poot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord witpoot witpoten
verkleinwoord witpootje witpootjes

Zelfstandig naamwoord

de witpootv / m

  1. paard met één of meerdere witte poten
  2. dier met één of meerdere witte poten
  3. langzaam groeiend Frans kippenras
     Witpoot scharrelkippen hebben veel vlees op het karkas zitten en dit maakt ze perfect om in de oven te garen. Door de fijne draad van het borstfilet is het zeer mals vlees, malser dan de normale scharrelkip. Doordat het vlees zo fijn van draad is droogt het niet snel uit, zo houdt het zijn malse structuur.[1]

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
64 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    chateaubriand
    “81 dagen Scharrelkip, witpoot”, Chateaubriand.nl
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be