Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • werk·te mee
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
meewerken

werkte mee

  1. enkelvoud verleden tijd van meewerken
    • Ik werkte mee. 
    • Jij werkte mee. 
    • Hij, zij, het werkte mee. 


Gangbaarheid