Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wek op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opwekken

wek op

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwekken
    • Ik wek op. 
  2. gebiedende wijs van opwekken
    • Wek op! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwekken
    • Wek je op? 


Gangbaarheid