wegaansluiting
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weg·aan·slui·ting
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van weg en aansluiting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wegaansluiting | wegaansluitingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de wegaansluiting v
- (verkeer) de mogelijkheid om vanaf de ene weg op een andere weg te geraken
- Bij de volgende wegaansluiting moet je linksaf.
Gangbaarheid
- Het woord wegaansluiting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.