wederspoeden
- Geluid: wederspoeden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈwedərˌspudə(n) / (4 lettergrepen)
- we·der·spoe·den
- wederspoed met uitgang -en
de wederspoeden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord wederspoed
- ▸ ⧖ Tegen lang voorziene rampen weten zij zich taamlijk wel te harden; overrompelende onheilen brengen hen wel voor een oogeblik in verslagenheid, maar spoedig komen zij tot zich zelve, en zijn zij eens door den schrik heen, dan tarten zij alle gevaar, en worstelen wanhopig tegen hunne wederspoeden.[1]
- Het woord 'wederspoeden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Willem Anthonij Ockerse“Ontwerp tot eene algemeene characterkunde. Deel 2” (1790), G.T. van Paddenburg en zoon, Utrecht, p. 237