waterigheid
- Geluid: waterigheid (hulp, bestand)
- wa·te·rig·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waterigheid | waterigheden |
verkleinwoord |
de waterigheid v
- de mate waar in iets lijkt op water
- Tussen de zeven soepen uit de Struikfabriek worden wel degelijk subtiele verschillen opgemerkt in kruiding, waterigheid en ballenbleekheid. De overlap is desondanks enorm. [2]
- Het woord waterigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Matthijs Meeuwsen > 25-04-18 Groentesoep uit blik, in veel gevallen niet veel soeps