Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wan·ne
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

wanne

  1. verbogen vorm van de stellende trap van wan

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als werkwoord

Werkwoord

vervoeging van
wannen

wanne

  1. aanvoegende wijs van wannen

Gangbaarheid