Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waart om
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
omwaren

waart (...) om

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwaren
    • Jij waart om. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwaren
    • Hij waart om. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van omwaren
    • Waart om! 

Gangbaarheid