waart
- waart
vervoeging van |
---|
waren |
waart
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van waren
- Jij waart.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van waren
- Hij waart.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van waren
- Waart!
vervoeging van |
---|
zijn |
waart
- gij-vorm verleden tijd van zijn
- Gij waart.
- (verouderd) verleden tijd tweede persoon meervoud
- Jullie waart hier nog niet.
- Het woord waart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.