vreze
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vre·ze
Zelfstandig naamwoord
vreze
- datief vrouwelijk van vrees, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
Uitdrukkingen en gezegden
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vrezen |
vreze
- aanvoegende wijs van vrezen
Gangbaarheid
- Het woord vreze staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vreze" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be