Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vraag bin·nen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
binnenvragen

vraag (...) binnen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenvragen
    • Ik vraag binnen. 
  2. gebiedende wijs van binnenvragen
    • Vraag binnen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van binnenvragen
    • Vraag je binnen? 

Gangbaarheid