voor-de-gek-houderij
- voor-de-gek-hou·de·rij
- Naamwoord van handeling van de (samenkoppeling) voor de gek houden met het achtervoegsel -erij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voor-de-gek-houderij | voor-de-gek-houderijen |
verkleinwoord | - | - |
de voor-de-gek-houderij v
- het bedotten van mensen
- Dit is toch pure voor-de-gek-houderij.
- Het woord voor-de-gek-houderij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.