vogeltelling
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vo·gel·tel·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vogeltelling | vogeltellingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de vogeltelling v
- jaarlijks evenement waarbij mensen inventariseren welke vogels er te zien zijn
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'vogeltelling' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.