voeren weer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: voeren weer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- voe·ren weer
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
weervaren |
voeren (...) weer
- meervoud verleden tijd van weervaren
- Wij voeren weer.
- Jullie voeren weer.
- Zij voeren weer.
- Wij voeren weer.
Gangbaarheid
- Het woord 'voeren weer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.