Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vliedt heen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
heenvlieden

vliedt (…) heen

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heenvlieden
    • Jij vliedt heen. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heenvlieden
    • Hij vliedt heen. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van heenvlieden
    • Vliedt heen! 

Gangbaarheid