• ver·we·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verweken
verweekte
verweekt
zwak -t volledig

verweken

  1. ergatief geleidelijk zachter worden
    • De hoorn van de hoeven was geheel verweekt; mogelijk was blootstelling aan ammonia daar de oorzaak van. 
  2. overgankelijk zachter maken
    • Voor Plato had muziek een morele betekenis: terwijl sommige typen muziek de mensen verweekten en tot slappelingen maakten, vormde de juiste muziek hen tot sterke karakters. 
87 % van de Nederlanders;
82 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be