Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·vang·bus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vervangbus vervangbussen
verkleinwoord vervangbusje vervangbusjes

Zelfstandig naamwoord

de vervangbusm

  1. bus ter vervanging ingezet van trein of gestremde busroute
    • De vervangbus kwam op tijd aan, zodat de aansluiting gehaald kon worden. 
Synoniemen