• ver·leaset
  • vervoeging van verleasen: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
verleasen

verleaset

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verleasen
    • Jij verleaset. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verleasen
    • Hij verleaset. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verleasen
    • Verleaset! 
vervoeging van: verleasen…
verbogen vorm: verleasete

verleaset

  1. voltooid deelwoord van verleasen