verkochten uit
- Geluid: verkochten uit (hulp, bestand)
- IPA: / vərˈkɔxtə(n) ˈœyt / (4 lettergrepen)
- ver·koch·ten uit
- uit verkochten (werkwoord) en uit (bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
uitverkopen |
verkochten (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitverkopen
- Wij verkochten uit.
- Jullie verkochten uit.
- Zij verkochten uit.
- Wij verkochten uit.
- Het woord verkochten uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.