• ver·in·ner·lijkt
  • vervoeging van verinnerlijken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
verinnerlijken

verinnerlijkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verinnerlijken
    • Jij verinnerlijkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verinnerlijken
    • Hij verinnerlijkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verinnerlijken
    • Verinnerlijkt! 
vervoeging van: verinnerlijken…
verbogen vorm: verinnerlijkte

verinnerlijkt

  1. voltooid deelwoord van verinnerlijken