verinnerlijking
- ver·in·ner·lij·king
- afleiding van naamwoord van handeling van verinnerlijken met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verinnerlijking | verinnerlijkingen |
verkleinwoord |
- het zich eigen maken van iets
- Het woord verinnerlijking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Jan Valentijn Meininger“Vertoog over de liefde” (1987), Het Spectrum , ISBN 9027418063
- ↑ Jacqueline Cramer“Milieu” (2014), Amsterdam University Press , ISBN 9789089647061