vergeestelijken
- ver·gees·te·lij·ken
- afgeleid van geestelijk met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vergeestelijken |
vergeestelijkte |
vergeestelijkt |
zwak -t | volledig |
vergeestelijken [1]
- onovergankelijk meer geestelijk, minder werelds worden
- Het woord vergeestelijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.