veertigjarige
- Geluid: veertigjarige (hulp, bestand)
- IPA: / ˈfertəxˌjarəɣə / (5 lettergrepen)
- veer·tig·ja·ri·ge
- bn: veertigjarig bn met de uitgang -e
- zn: afgeleid van veertigjarig bn met het achtervoegsel -e
veertigjarige
- verbogen vorm van de stellende trap van veertigjarig
- De vulkaan werd weer actief na een veertigjarige periode zonder uitbarstingen.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veertigjarige | veertigjarigen |
verkleinwoord |
- levend wezen dat 40 jaar oud is of iets dat 40 jaar bestaat
- De veertigjarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen.
- Het woord veertigjarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.