vanghek

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vanghek    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• vang·hek

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  vangen ww  en  hek zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vanghek	vanghekken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vanghek o

1. een hoog hek dat rondvliegende ballen en andere voorwerpen kan tegenhouden

   • Een kleine club als VV Rhelico uit het Gelderse Rumpt heeft niet zomaar geld voor het dichten van gaten in de begroting, nieuwe vanghekken of de aanschaf van trainingsjacks met clublogo voor de jeugdtrainers. Maar dankzij de opleidingsvergoeding en solidariteitsbijdragen van transfers van Erik Pieters kan dat wel.  
   • Bij elke grand prix is er een medische staf van meer dan honderd man aanwezig, ziekenwagens zijn binnen dertig seconden ter plaatse. De circuits hebben uitloopzones, grindbakken en metershoge vanghekken. En alles is brandwerend, tot aan het ondergoed toe.  

Verwante begrippen

• vangrail

Gangbaarheid

• Het woord vanghek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vanghek" herkend door:

84 %	van de Nederlanders;
78 %	van de Vlamingen.