val weg
- val weg
vervoeging van |
---|
wegvallen |
val weg
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegvallen
- Ik val weg.
- gebiedende wijs van wegvallen
- Val weg!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegvallen
- Val je weg?
- Het woord val weg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.