vakantiestress
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- va·kan·tie·stress
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vakantie zn en stress zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vakantiestress | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de vakantiestress m
- de spanning die ontstaat door het vieren van een vakantie
Gangbaarheid
- Het woord vakantiestress staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.