• uit·ge·strek·te
vervoeging van: uitstrekken…
verbogen vorm: uitgestrektee

uitgestrekte

  1. verbogen vorm van uitgestrekt, voltooid deelwoord van uitstrekken

uitgestrekte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van uitgestrekt
     Er waren geen uitgestrekte zandvlaktes met golvende duinen zoals in de Afrikaanse Sahara.[1]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers