uffgeregder
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- auf·ge·reg·der
Woordherkomst en -opbouw
- Pennsylvania-Duitse zelfstandignaamwoordsvorm met het voorvoegsel uff-, met het voorvoegsel ge-, met medeklinkerwisseling t → d en met de woorduitgang -er
Bijvoeglijk naamwoord
uffgeregder
- onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud stellende trap van uffgeregt
uffgeregder
uffgeregder
- onbepaald nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud stellende trap van uffgeregt