udråber

En udråber fra Gent (Belgien)
Een stadsomroeper uit Gent (België)

Deens

Woordafbreking

• ud·rå·ber

Woordherkomst en -opbouw

• Afleiding van het Deense werkwoord råbe

met het voorvoegsel ud- en met het achtervoegsel -er

Naar frequentie	52086

Werkwoord

udråber

1. tegenwoordige tijd van udråbe

   «1971: Franco udråber prins Juan Carlos til sin stedfortræder.»

   1971: Franco roept prins Juan Carlos uit als zijn plaatsvervanger.

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	udråber	udråberen	udråbere	udråberne
genitief	udråbers	udråberens	udråberes	udråbernes

Zelfstandig naamwoord

udråber

1. (beroep) (historisch) dorpsomroeper, stadsomroeper

Verwijzingen

• udråber in:
  Det Danske Sprog- og Litteraturselskab
  Den Dankse Ordbog op website:ordnet.dk