• trouwt over
vervoeging van
overtrouwen

trouwt (...) over

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overtrouwen
    • Jij trouwt over. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overtrouwen
    • Hij trouwt over. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van overtrouwen
    • Trouwt over!