tossen wie er mag beginnen me het spel
  • tos·sen
  • een munt opgooien [1]

tossen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tossen
toste
getost
zwak -t volledig
  1. met een munt een toevalsbeslissing maken
    • Elke druppel sensatie wordt geperst uit de heimelijk opgenomen dreigementen van een psychopaat. Wij schijnen dat belangrijk te vinden, dat is althans de vooronderstelling. Maar het op Holleeders instructie tossen welk van je kinderen hij het eerst zal vermoorden is nog niets vergeleken met de andere alledaagse absurditeiten van een nieuwsluwe dag. [2] 
  • kruis of munt
96 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[3]
  1. tossen op website: Etymologiebank.nl
  2. NRC Hans Beerekamp 2 december 2015
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be