torrent
enkelvoud | meervoud |
---|---|
torrent | torrents |
torrent
- plotselinge grote hoeveelheid van iets, stortvloed
- «A sudden torrent of water.»
- Een plotselinge stortvloed van water.
- «A sudden torrent of water.»
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
torrent | l'torrent | torrents | les torrents |
torrent m
- (aardrijkskunde) beek, stroom (m.n. in de bergen); bergstroom
- (figuurlijk) plotselinge grote hoeveelheid van iets, stortvloed
- «Un torrent de déclarations.»
- Een stortvloed aan verklaringen.
- «Un torrent de déclarations.»